Toekomstbeeld

Teksten met dank aan Ottervriend.

Men kan er van uitgaan, dat otters in Nederland territoriaal zijn. Er moet onderscheid gemaakt worden tussen de territoria van mannetjes en die van familiegroepen (vrouwtjes met jongen). Deze beide typen overlappen elkaar. In Zuid-Zweden was de gemiddelde lengte van territoria van mannetjes 15 km rivier; voor vrouwtjes met jongen was dit 7 km (Erlinge, 1967a). In Frankrijk en Engeland gaat men uit van dichtheden van 1 otter per 10 km rivier. Volgens Van Wijngaarden en Van de Peppel (1970) kan men deze getallen niet zonder meer op de Nederlandse omstandigheden toepassen. Langs 1 km ondiepe meeroever met een behoorlijke rietkraag zal waarschijnlijk meer vis leven dan in 1 km rivier in Engeland. Terwijl er in 1942 nog maar enkele tientallen otters in Nederland waren, was dit aantal na het verbieden van de jacht in 1965 weer tot circa 300 aangegroeid (Van wijn- gaarden & Van de Peppel, 1970). Gezien het feit, dat toen nog maar een klein deel van het oorspronkelijke verspreidingsgebied bezet was, lijkt in geval van schoon water en voldoende dekking een Nederlandse populatie van enkele duizenden otters mogelijk. (mededeling Van Moll).

Foto's met dank aan: International Otter Survival Fund. Teksten met dank aan Ottervriend.