Samenvatting

Teksten met dank aan Ottervriend.

Otters komen voor langs de oevers van allerlei watersystemen zoals beken, rivieren, kanalen, sloten en meren. Een voorwaarde is evenwel dat er voldoende dekking aanwezig is. Otters komen ook voor in rotsachtige kustgebieden. Otters zijn roofdieren die vrijwel geheel van vis leven. In Nederland staat de otter bovenaan de voedselpyramide van onze binnenwateren. In ons land kwamen otters in alle waterrijke gebieden voor met uitzondering van de Waddeneilanden. Ze waren het talrijkst in laagveengebieden met veel bossages en deels verlande petgaten, maar ook in meren met een natuuurlijke oeverbegroeiing en beken en riviertjes met dekking op de oevers. Door de intensieve jacht op de otters waren er rond 1940 nog maar 30- 50 exemplaren over van de eertijds omvangrijke populatie. Sedert 1942 wordt de otter door de Jachtwet beschermd. Door het verbieden van de jacht nam de otterstand geleidelijk toe tot ongeveer 300 exemplaren in het midden van de zestiger jaren. Sindsdien neemt de otterstand echter af. Deze dalende tendens is vooral het gevolg van verontreiniging van het aquatisch milieu met gechloreerde koolwaterstoffen en zware metalen alsmede door verlies van foerageer- en schuilplaatsen en versnippering (isolatie!) van leefgebieden door aanleg van wegen.

Foto's met dank aan: International Otter Survival Fund. Teksten met dank aan Ottervriend.